Hoe pas ik een Honeywell Pressuretrol Controller aan?

Tip

Nadat u de instellingen hebt gewijzigd, controleert u het systeem gedurende één volledige cyclus om te controleren of het correct werkt op basis van de instellingen die u heeft toegepast.

Een Honeywell Pressuretrol Controller is een apparaat dat de druk in een ketel bewaakt. De Pressuretrol Controller schakelt het ketelsysteem uit zodra de druk in de ketel een bepaalde druk bereikt. Zodra de druk in de ketel onder een bepaalde druk komt, zet de Pressuretrol Controller de ketel weer aan. De Pressuretrol Controller heeft twee instelschijven, de hoofdschaal aan de buitenkant van de controller en een differentieelknop aan de binnenkant van het apparaat. Het instellen en aanpassen van deze wijzerplaten hangt af van of het systeem een ​​additief of subtractief systeem is.

Stap 1

Bepaal of het systeem een ​​additief systeem of een subtractief systeem is. Op het voorpaneel van de Pressuretrol Controller staat "Cut In" voor een additief differentieel of "Main Scale Cut Out" voor een subtractief systeem.

Stap 2

Stel de stelschroef van de hoofdschaal af om de hoeveelheid druk aan te passen die nodig is om het systeem in te breken of af te sluiten. In een additief systeem is dit een lager PSI-bereik waar het systeem in moet snijden. Je kunt het overal instellen van 0,5 lb. per vierkante inch tot 9 lbs. per vierkante inch. Op subtractieve systemen stelt de hoofdschaalschroef de bovenste PSI in voordat de ketel uitschakelt. Je kunt dit instellen tussen 3.0 en 15 PSI.

Stap 3

Verwijder de buitenste behuizing van de Pressuretrol Controller om toegang te krijgen tot de differentieelknop met een schroevendraaier.

Stap 4

Pas de differentiële draaiknop aan door de kleine schijf te draaien. De differentiële draaiknop is het toegestane verschil in PSI vergeleken met de hoofdschaal voordat de ketel aan of uit gaat. De differentiële draaiknop kan worden aangepast van 1 tot 5 PSI. Als in een additief systeem bijvoorbeeld de PSI van de hoofdschaal 3,0 is, waar de ketel wordt ingeschakeld, wordt de ketel uitgeschakeld tussen 4 en 8 PSI op basis van hoe de differentiële draaiknop is ingesteld.