Hoe de hellingsgraden aan het plafond te berekenen
Dingen die je nodig hebt
Laser niveau
Rolmaat
Tip
Een laserniveau kan een zelfnivellerende eenheid zijn of een kleine laser ingebouwd in het uiteinde van een normaal bouwersniveau. De laserstraal extrapoleert een horizontale lijn door een punt op een verre muur te projecteren. De stip en het niveau liggen op dezelfde horizontale lijn.
Waarschuwing
Helling kan variëren over het plafond en in verschillende richtingen. Een plafond dat in het midden buigt, vormt een bocht in alle richtingen, terwijl een plafond dat aan bodemdaling onderhevig is, gelijkmatig en in slechts één richting kan hellen.

Niet alle plafonds zijn horizontaal en oudere plafonds kunnen een uitgesproken helling hebben.
Als een plafond schuin afloopt, kan de vloer dat ook doen, zodat het plafond en de vloer evenwijdig aan elkaar blijven. Het meten van het hoogteverschil boven de vloer is daarom geen betrouwbare manier om de plafondhelling te bepalen. U moet een horizontaal referentiepunt instellen en uw berekeningen baseren op hoogteverschillen vanaf die lijn. De theorie is identiek aan die van bouwers die een horizontale referentielijn bepalen van waaruit al hun metingen worden genomen. Een laserniveau maakt het maken van uw referentielijn een eenvoudig proces.
Stap 1
Bepaal met het oog het onderste uiteinde van het schuine plafond. Plaats de laser strak tegen de muur waar deze het plafond raakt en richt deze op het andere uiteinde van de kamer. Lijn de laserstraal parallel uit met de richting waarin u de hellingshoek wilt meten.
Stap 2
Schakel de laser in en pas deze aan tot hij perfect horizontaal is. Vraag een assistent om de positie van de laserpunt op de tegenoverliggende muur te markeren.
Stap 3
Meet de afstand tussen het laserniveau en de laserpunt. Dit is de lengte van het plafond.
Stap 4
Meet de afstand verticaal langs de muur vanaf de laserpunt tot het plafond. Dit is het hoogteverschil tussen het plafond aan de ene kant van de kamer en aan de andere kant van de kamer.
Stap 5
Vervang de plafondlengte en het hoogteverschil door de vergelijking: Tangens van de hellingshoek = (hoogteverschil / plafondlengte). Bij een lengte van 20 voet en een hoogteverschil van 1 voet is de tangens van de hellingshoek bijvoorbeeld 0,05 (1/20 = 0,05).
Zoek de hoek door de boogtangens van de verhouding op te zoeken. Als de tangens van de hoek bijvoorbeeld gelijk is aan 0,05, is de hoek gelijk aan boog tangens 0,05. Om het voorbeeld te vervolledigen, boogtangens 0,05 = 2,86, dus het plafond helt onder een hoek van 2,86 graden.