Het formaat van de stroomonderbreker van de elektrische motor

click fraud protection
...

Industriële motoren kunnen tot zes keer hun normale bedrijfsstroom trekken.

De stroomonderbreker is ontworpen om het circuit te onderbreken, waardoor de stroom naar de motor wordt onderbroken als het circuit te veel stroom begint te trekken. Het interessante aan motoren is dat de hoeveelheid aanloopstroom en de stroom die de motor gebruikt nadat hij draait niet hetzelfde is. Afhankelijk van de grootte van de motor kan de opstartstroom tot zes keer groter zijn dan de lopende stroom. Een ander probleem is dat motoren twee soorten bescherming vereisen: overbelasting en kortsluiting.

Stap 1

Zoek de motorgegevensbladen. Voor bescherming tegen overbelasting vereist de National Electric Code dat elke geleider die de motor voedt een overbelastingsbeveiliging moet hebben. Als er stroomonderbrekers worden gebruikt, moet elke geleider een afzonderlijke stroomonderbreker hebben.

Stap 2

Zoek de servicefactor en het vermogen voor de motor. Deze zijn meestal te vinden in de motorgegevensbladen of op de motorplaat. Controleer artikel 430.32 in de National Electric Code. Kijk om te zien waar uw motor in hun tafel valt. Dit geeft u een percentage van hoeveel over de normale stroom van de motor de overbelastingsbeveiliging moet zijn. Als de tabel 125 procent aangeeft en de huidige classificatie van de motor 20 ampère is, moet de overbelastingsbeveiliging minimaal 25 ampère zijn.

Stap 3

Kijk naar tabel 430.52 in de National Electric Code. Deze tabel wordt gebruikt om de beveiliging tegen kortsluiting te bepalen. Controleer de motorgegevensbladen voor de vollaststroom van de motor. Zoek waar uw motor valt in tabel 430.52 op basis van de vollaststroom en motorgrootte. De tabel geeft u de grootte van de kortsluitbeveiliging als percentage van de vollaststroom. Als de vollaststroom van de motor bijvoorbeeld 20 ampère is en de kortsluitbeveiliging 150 procent van de vollaststroom, dan moet het kortsluitapparaat 30 ampère zijn.