Problemen met kwikdamplampen oplossen
Dingen die je nodig hebt
Vervangende lamp (indien nodig)
Ohmmeter
Vervangende onderdelen (indien nodig)
Waarschuwing
Koppel de voeding los of schakel de stroomonderbrekingsschakelaar uit voordat u de ballast demonteert om onderdelen te testen of te vervangen.
Leer hoe u veelvoorkomende problemen met kwikdamplicht oplost.
Kwikdamplampen bestaan uit een gasgevulde glazen kamer, beschermende glazen bol, elektroden en een ballast. De ballast stuurt elektrisch vermogen naar de elektroden, die het gas opwekken en laten gloeien. De beschermende lamp filtert schadelijk ultraviolet licht uit en houdt het kwikgas vast als de binnenkamer breekt. De buitenballon kan ook worden bekleed met fosfor om het licht te verspreiden of van kleur te veranderen.
Stap 1
Zorg ervoor dat de lamp is aangesloten en dat de stroomonderbrekerschakelaar is ingeschakeld. Vervang alle gesprongen zekeringen in de zekeringkast van het huis. Test het stopcontact door een ander apparaat aan te sluiten. Als het tweede apparaat niet wordt ingeschakeld, bel dan een elektricien om de bedrading van het huis te inspecteren.
Stap 2
Vervang de lamp als deze flikkert, dimt of van kleur verandert. Zorg ervoor dat u de lamp installeert volgens de instructies van de fabrikant. Het licht werkt niet als de pinnen niet goed zijn geplaatst. Als het licht roze of blauw gekleurd is na het installeren van een nieuwe lamp, vervang dan de condensator. Laat de lamp 10 tot 15 minuten afkoelen als u het licht na een recent gebruik opnieuw probeert in te schakelen.
Stap 3
Controleer de compatibiliteit van uw kwikdamplamp en de ballast als het licht uitgaat voordat het volledig is opgewarmd. Zorg ervoor dat het wattage van de lamp en de ballast overeenkomen. Kwikdamplampen tussen 175 en 400 watt zijn vaak compatibel met metaalhalogenideballasten met hetzelfde wattage.
Stap 4
Inspecteer de toestand van de ballast. Als u zwartgeblakerde of verkoolde gebieden ziet, kan de ballast kortsluiten of oververhit raken. Gezwollen condensatoren kunnen ook duiden op een defect in de ballast. Vervang de ballast als u een van deze problemen opmerkt.
Stap 5
Test de condensator met een ohmmeter. Stel de ohmmeter in op de hoogste schaal en bevestig de draden aan de condensator. De waarde van de ohmmeter moet laag beginnen en vervolgens geleidelijk toenemen. Vervang de condensator als de meter niet verandert ten opzichte van de oorspronkelijke meting.